Minister De Coninck overweegt werkkampen voor vrouwen en migranten

BRUSSEL – Ondanks het goede weer regent het de afgelopen dagen slecht nieuws over de werkgelegenheid. Uit een recente studie blijkt dat slechts 4 op 10 allochtone inwoners zijn tewerkgesteld, en vorige week bleek bovendien dat steeds minder vrouwen voltijds gaan werken. Minister van werk Monica De Coninck (sp.a) is vastbesloten het probleem aan te pakken. Zij wil werkkampen oprichten voor vrouwen en migranten.

De Coninck: “Het is grotendeels de schuld van vrouwen en allochtonen”

Uit het Loonkloofrapport 2012 komen enkele dramatische cijfers naar voren. Van de mannelijke niet-Europese buitenlanders blijkt slechts 51 procent aan het werk, van de vrouwen maar 26 procent. Vele Afrikaanse immigranten in ons land zijn blijkbaar het slachtoffer geworden van de strijd tegen zwartwerk. Maar ook de Vlaamse vrouwen kunnen heel wat beter doen, en zouden volgens de minister beter allemaal voltijds werken. “Iedereen weet dat de slechte invulling van de werkgelegenheid grotendeels de schuld is van vrouwen en allochtonen”, vertelt minister van werk Monica De Coninck. “Het sociale vangnet is voor sommigen een hangmat geworden. Daarom zullen wij hen helpen om voltijds te gaan werken. De staat zal zelf jobs creëren voor deze mensen, in een systeem van ondersteunde arbeid in werkkampen”.

Motiverende tools

“Bij de term ‘werkkampen’ moeten we ons niet meteen holocaust-taferelen gaan voorstellen,” ontzenuwt de minister meteen. “Mannen en vrouwen zullen gewoon tussen 6 en 22u in enkele grote centra worden geconcentreerd om efficiënter te werken aan onze welvaart. Na afloop van hun dagtaak zullen zij uiteraard weer naar huis kunnen gaan. Ik denk er heus niet aan hen op te sluiten in barakken achter prikkeldraad. De kosten daarvan zouden veel te hoog zijn voor de staat”. Ook het dragen van een uniform en het inbranden van een serienummer lijkt voor de minister voorlopig niet nodig. Hooguit zullen de werknemers wat ‘aangemoedigd’ worden om harder te werken, legt de minister uit. “We beseffen dat het werk in hoogovens niet bijster aantrekkelijk is. De zweep, de karwats en andere motiverende tools zouden de werkwilligheid gevoelig kunnen verhogen. De hele gemeenschap heeft er uiteindelijk baat bij dat iedereen zo hard mogelijk werkt. Ook zullen de vrouwelijke en allochtone werknemers ‘s ochtends na het inprikken meteen worden vastgeketend. ‘s Avonds worden we ze dan weer losgemaakt, zodat ze kunnen terugkeren naar hun gezin. Wij zijn geen onmensen”, lacht De Coninck.

De minister denkt bovendien aan een halve dag verlof per week voor dergelijk tewerkgestelde mannen en vrouwen. “Teveel verlof is niet meer van deze tijd. We moeten beseffen dat we daarmee in ons eigen vlees snijden”, legt de minister uit. “Elke minuut die er niet wordt gewerkt, wordt er geen welvaart gecreëerd voor ons en voor onze kinderen. Bovendien, omdat de meesten jarenlang doelloos hebben liggen niksen in de zetel, zijn ze meer dan voldoende uitgerust om dat op het eerste zicht pittige arbeidsritme aan te kunnen”.

Kippenkwekerij

Hoe zit het dan met de kinderopvang? “Die zou grotendeels kunnen worden ingevuld door werknemers van allochtone origine. Een premie op het in dienst nemen van allochtone opvanghulpen en babysitters moet dat aanmoedigen. Zo vangen we twee vliegen in één klap: we krijgen meer allochtonen én meer vrouwen aan het werk”, gaat minister De Coninck verder. Door de kinderen bovendien op te vangen in grote hangars naast de werkkampen, kan de opvang verzorgd worden door slechts een handvol werknemers. “Het idee daarvoor komt van een bezoek aan een kippenkwekerij,” vertelt De Coninck, “maar meer wil ik daarover voorlopig niet zeggen”. De opvangsector is alvast verheugd over het vooruitzicht van honderden nieuwe jobs. Leen Du Bois van Kind en Gezin: “Ik val de minister volmondig bij: enkel als zowel mannen als vrouwen full-time werken, kunnen ze genoeg geld verdienen om hun kind te laten opvangen. Dat geld kunnen wij in de sector goed gebruiken. En geef toe, wil wil er nu niet liever werken, dan de hele dag te moeten instaan voor luiers, plasjes en huilende kindjes? Dat soort vuile werk kan beter worden opgeknapt door allochtonen”.

Laat een reactie achter