Onderzoek bevestigt: “winnen dan toch belangrijker dan deelnemen”

LONDEN – Slecht nieuws voor wie tot op heden de veelgeprezen ‘Olympische Gedachte’ een warm hart toedroeg.  Een team van sportwetenschappers van de universiteit van Oxford is erin geslaagd aan te tonen dat de meeste professionele atleten een erg  groot belang hechten aan winnen.  Loutere deelname lijkt in het niet te vallen naast de glorie van de overwinning.

“De hersenscans zijn formeel”, juicht Oxfordprofessor Rock Strongo.  “Bij bijna 100% van de onderzochte atleten werd een verhoogde hersenactiviteit gemeten bij het zien van beelden van winnende sportlui.  Het lijkt erop dat vele sportbeoefenaars een zekere natuurlijke drang ervaren om als overwinnaar uit de bus te komen in hun discipline.  Zij zijn geneigd om tijdens de wedstrijd hun uiterste best te doen, in een poging een beter resultaat neer te zetten dan hun opponent.  Gewoon ‘meedoen’ lijkt in te druisen tegen de aangeboren menselijke competitiedrang, en leidt tot een tegennatuurlijk lage afscheiding van serotonine in de  hersenen.”

Geloofwaardigheid

De geloofwaardigheid van het Olympische credo ‘deelnemen is belangrijker dan winnen’ komt door de nieuwe wetenschappelijke bevindingen zwaar op de helling te staan.  “De resultaten lijken erop te wijzen dat het belang van winnen toch niet kan worden onderschat”, gaat Strongo verder.  “Tijdens de duur van een wedstrijd beleven de meeste atleten de factor ‘deelname’ als een soort vanzelfsprekende achtergrondruis, terwijl hun brein veel meer is gefocust op het ideale einddoel van het verslaan van de tegenstander.  Winnen is dus veel belangrijker dan gewoon maar meedoen.”

Net-niet-winnaars

De resultaten betekenen slecht nieuws voor middelmatige atleten, die er in hun professionele carrière zelden of nooit in slagen om een overwinning te behalen.  Op ontnuchterende wijze worden zij geconfronteerd met de bittere werkelijkheid dat zij voor dezelfde inspanningen minder worden beloond dan hun meer getalenteerde collega’s.  De recente ontdekking van de banaliteit van de loutere deelname valt hen zwaar.  “Mijn hele carrière heb ik het belang van winnen onderschat”, beseft wielrenner Stijn Devolder.  “Jarenlang heb ik mezelf in slaap gewiegd in een cocon van zelfbedrog.  De wetenschap dwingt me nu tot het onverbiddelijke besef: in volstrekte anonimiteit zullen sportlui zoals ik vergelen in de tabellen van de net-niet-winnaars.  Godverdomme toch.”