Vereniging van mensen met gek hoedje distantieert zich van “man met hoedje”

Het federaal parket verspreidde gisteren een nieuw opsporingsbericht over de zogenoemde “man met het hoedje”, de derde dader van de aanslag op Brussels Airport, op 22 maart. Mensen met een gek hoedje overal ten lande distantiëren zich van deze man. 

‘Toegegeven, de man heeft een gek hoedje op, maar hij is niet gekend bij ons,’ vertelt Hilde Flobadobadob, woordvoerster en trots lid van de Belgische Vereniging Voor Mensen Met Een Gek Hoedje. ‘Wij betreuren dan ook ten zeerste dat dit geweld in onze naam gebeurt, en wensen ons uitdrukkelijk van deze man en zijn daden te distantiëren. Ik kan u verzekeren dat deze man niet uit onze naam handelt. Veruit het grootste deel van de mensen met een gek hoedje zijn vredelievend, en zou er nog niet van dromen om hun medemensen kwaad te doen. En wij hebben uiteraard erg religieuze leden in onze rangen, maar net zo goed zijn er seculieren. Het zijn opnieuw de daden van enkelingen die een hele groep mensen in een slecht daglicht stellen.’

Na de aanslagen was de roep dat alle mensen met een hoedje zich zouden distantiëren van deze man erg groot. Toch wringt het bij hen dat zij zich, telkens wanneer zich een dergelijk voorval voordoet, uitdrukkelijk moeten distantiëren van het geweld. Zij tonen begrip voor de oproep van de politie, maar voelen zich ook geviseerd.

‘Uiteraard willen wij ook graag dat de daders van deze laffe aanval zo snel mogelijk gevat worden,’ vervolgt Flobadobadob. ‘Maar door de mensen nu publiek op te roepen waakzaam te zijn voor een man met een gek hoedje, viseert men een volledige bevolkingsgroep. Iedereen die een gek hoedje wil dragen, wordt nu plots door zijn medemensen als verdacht gezien.’ Zij vreest dat alle mensen met een gek hoedje nu nog meer dan anders zullen worden gemarginaliseerd en gediscrimineerd. ‘En dat terwijl zij het al zo moeilijk hebben met aanvaard te worden in deze samenleving. Denken we maar aan hoe moeilijk ze het hebben op de huizenmarkt. En probeer maar eens een job te vinden als je een bloempot op je hoofd wil dragen. Als ze je pasfoto zien, laten bedrijven niets meer van zich horen. En dan heb ik het nog niet over de moeilijkheden die men ondervindt bij een zoektocht naar een partner. Als ik dan hoor dat het parket mensen met een hoedje als verdachte begint te behandelen, ja dan schrik ik mij toch wel een hoedje.’